Gedragscode & VOG-beleid

Als organisatie zetten we ons in voor veiligheid en integriteit tijdens alle activiteiten. Om dit te waarborgen, is ieder lid van Reddingsbrigade Wijk aan Zee in het bezit van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). Een VOG is een officieel document waarin wordt bevestigd dat er geen bezwaren zijn tegen het vervullen van functies binnen de brigade.

Daarnaast hanteren we een gedragscode die geldt voor alle leden. Deze gedragscode, vastgesteld tijdens de ledenvergadering op vrijdag 8 november 2024, helpt om een veilige en respectvolle omgeving te creëren voor iedereen. De volledige gedragscode is hieronder te vinden.

Een bestuurder, teamlid of andere functionaris:

  1. Zorgt voor een veilige omgeving. Schep een omgeving en een sfeer, waarin sociale veiligheid gewaarborgd is en ook zo wordt ervaren.
  2. Is dienstbaar. Handel altijd in het belang van de vereniging of een andere rechtspersoon en richt zich op het belang van de leden en of aangeslotenen.
  3. Is open. Handel zo transparant mogelijk, zodat het eenvoudig is om verantwoording af te leggen en inzicht bestaat in het handelen en de beweegredenen.
  4. Is betrouwbaar. Houdt zich aan regels, waaronder de statuten reglementen en besluiten van de (inter)nationale bond en afspraken. Informatie wordt gebruikt voor het doel van de organisatie. Verklaart vertrouwelijke informatie niet voor eigen gewin of ten gunste van anderen te gebruiken.
  5. Is zorgvuldig. Handel met respect en stel gelijke behandeling voorop. Belangen worden op een correcte wijze gewogen. Is zorgvuldig en oprecht bij het vermelden van ervaring en functies. Gaat zorgvuldig en correct om met vertrouwelijke informatie. Zal bestuursbesluiten goed onderbouwen zodat men begrip heeft voor de gekozen richting.
  6. Voorkomt de (schijn van) belangenverstrengeling. Vervult geen nevenfuncties die in strijd zijn, of kunnen zijn met zijn functie) en gaat geen financieel belang aan dat in strijd kan zijn met zijn functie.
  7. Is een voorbeeld voor anderen en onthoudt zich van gedragingen en uitlatingen waardoor reddingsbrigadeactiviteiten in diskrediet worden gebracht, ook bij het gebruik van social media. Gedraagt zich hoffelijk en respectvol, onthoudt zich van grievende en/of beledigende opmerkingen.
  8. Zet zich intensief in om ervoor te zorgen dat alle lifesavers, lifeguards en begeleiders gebonden zijn aan de relevante regels, waaronder het geldend tuchtreglement van Reddingsbrigade Nederland en het dopingreglement en het reglement seksuele intimidatie van het Instituut Sportrechtspraak (ISR). Lifesavers/lifeguards en begeleiders moeten gebonden zijn om bijvoorbeeld het tuchtrecht van toepassing te laten zijn. Daarnaast is de bestuurder verantwoordelijk om samen met de leden, het (technisch) kader en ouders gedragsregels voor de eigen vereniging op te stellen.
  9. Neemt (meldingen van) onbehoorlijk en/of grensoverschrijdend gedrag serieus. Spant zich in om het onderwerp integriteit bespreekbaar te maken en te houden. Zorgt voor een bepaalde mate van alertheid in de organisatie voor onbehoorlijk en/of grensoverschrijdend gedrag. Stimuleert het melden van ongewenst gedrag. Treedt adequaat op tegen het schenden van regels en normen door lifesavers/lifeguards, kader, begeleiders, werknemers, supporters en anderen.
  10. Spant zich in om in zee te gaan met integere lifeguards, werknemers, functionarissen, ondernemers, zaakwaarnemers, leveranciers, sporters, e.a. Tracht te komen tot een situatie waarin de eigen organisatie intern en extern handelt met personen en organisaties die van onbesproken gedrag zijn. Handelt conform het aanstellingsbeleid.
  11. Ziet toe op naleving van regels en normen. Ziet toe op de naleving van de reglementen, de huisregels, deze gedragscode en andere normen.

Een opleider, trainer, coach of begeleider (ook wel ‘technisch kader’):

  1. Zorgt voor een veilige omgeving. Schep een omgeving en een sfeer, waarin sociale veiligheid gewaarborgd is en ook zo wordt ervaren. Houdt zich aan de veiligheidsnormen, en -eisen.
  2. Kent en handelt naar de regels en richtlijnen. Zorg dat u op de hoogte bent van de regels en richtlijnen én pas ze ook toe. Stel ook lifesavers/lifeguards in staat om er meer over te weten te komen.
  3. Is zorgvuldig en oprecht bij het vermelden van ervaring en functies. Vermeld alle relevante feiten bij de aanstelling als opleider, trainer, coach of begeleider.
  4. Is zich bewust van machtsongelijkheid en (soms ook) afhankelijkheid en misbruikt zijn positie niet. Gebruik de positie niet om op onredelijke of ongepaste wijze macht uit te oefenen. Onthoud u van elke vorm van (machts)misbruik, emotioneel misbruik, fysiek grensoverschrijdend gedrag, waaronder seksueel getinte opmerkingen, en aanrakingen en seksueel misbruik. Alle seksuele handelingen, – contacten en – relaties met minderjarigen zijn onder geen beding geoorloofd.
  5. Respecteert het privéleven van de lifesaver/lifeguard. Dring niet verder in het privéleven van lifesavers en lifeguards in dan noodzakelijk is. Ga met respect om met de lifesaver/lifeguard en met ruimtes waarin zij zich bevinden, zoals de kleedkamer, de douche of hotelkamer.
  6. Tast niemand in zijn waarde aan: Onthoud u van discriminerende, kleinerende of intimiderende opmerkingen en gedragingen. Maak geen onderscheid naar godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, seksuele gerichtheid, culturele achtergrond, leeftijd of andere kenmerken. Sluit niemand buiten en wees tolerant.
  7. Is een voorbeeld voor anderen en onthoudt zich van gedragingen en uitlatingen waardoor reddingsbrigade activiteiten in diskrediet worden gebracht, ook bij het gebruik van social media. Gedraagt zich hoffelijk en respectvol, onthoudt zich van grievende, en/ of beledigende opmerkingen.
  8. Neemt geen gunsten, geschenken, diensten of vergoedingen aan, om iets te doen of na te laten dat in strijd is met de integriteit van de reddingsbrigadeactiviteit. Word je iets aangeboden om iets te doen of na te laten, meld dit dan aan het bestuur.
  9. Biedt geen gunsten, geschenken, diensten of vergoedingen aan, om iets te doen of na te laten dat in strijd is met de integriteit van reddingsbrigadeactiviteiten.
  10. Ziet toe op naleving van regels en normen. Zie toe op de naleving van de reglementen, de huisregels, deze gedragscode en andere normen.
  11. Is open en alert op waarschuwingssignalen. Wees waakzaam en alert op signalen en aarzel niet om signalen door te geven aan het bestuur, de vertrouwens(contact)persoon en/ of contact op te nemen met het vertrouwenspunt sport.
  12. Is voorzichtig: Stel nooit informatie beschikbaar, die nog niet openbaar is gemaakt.
  13. Drinkt tijdens het coachen/begeleiden van jeugdteams* geen alcohol en maakt een afspraak met jeugdteams dat er geen alcohol wordt gedronken.
*Een jeugdteam is een team of een groep waarbij minimaal één van de leden van dat team of de groep nog niet de leeftijd van 18 jaar heeft behaald.

Een lid, lifesaver en/of (senior)lifeguard:

  1. Is open: Wanneer u iets wordt gevraagd, iets te doen dat tegen uw eigen gevoel, normen en waarden ingaat, meld dit, bijvoorbeeld bij het bestuur. Voor vragen en meldingen kunt u ook terecht bij het vertrouwenspunt sport.
  2. Toont respect: Voor de recreant, hulpvrager, uw collega’s en teamgenoten, de beoordelaar, uw begeleiders, opleiders en trainers, en ieder ander. Let op uw taalgebruik en hoe u zich aan anderen presenteert. Geef iedereen het gevoel dat hij of zij zich vrij kan bewegen.
  3. Respecteert afspraken: Kom op tijd, meld u (tijdig) af, luister naar instructies en houd u aan de regels.
  4. Gaat netjes om met de omgeving: Maak niets stuk, respecteer ieders eigendommen, laat de kleedkamer netjes achter. Ruim de materialen op. Gooi afval in de afvalbakken.
  5. Blijft van anderen af: Raak buiten de normale reddingsbrigadeactiviteiten en de sportbeoefening, niemand tegen zijn of haar wil aan.
  6. Houdt zich aan de regels: lees de reglementen, de huisregels, deze gedragscode en alle andere afspraken, en houd u daar ook aan.
  7. Tast niemand in zijn waarde aan: Pest niet. Onthoud u van discriminerende, kleinerende of intimiderende opmerkingen en gedragingen. Sluit niemand buiten en wees tolerant.
  8. Is een voorbeeld voor anderen en onthoudt zich van gedragingen en uitlatingen waardoor reddingsbrigade activiteiten in diskrediet worden gebracht, ook bij het gebruik van social media.Gedraagt zich hoffelijk en respectvol, onthoudt zich van grievende en/ of beledigende opmerkingen.
  9. Discrimineert niet: Maak geen onderscheid naar godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, seksuele gerichtheid, culturele achtergrond, leeftijd of andere kenmerken.
  10. Meldt overtredingen van deze gedragscode: Meld overtredingen van deze code bij het bestuur en/of de Vertrouwenscontactpersoon van de reddingsbrigade of bond. Voor vragen en meldingen kunt u ook terecht bij het vertrouwenspunt sport.
  11. Let op verantwoord alcoholgebruik. Drink geen alcohol tijdens reddingsbrigadeactiviteiten. Wanneer u na afloop van een reddingsbrigadeactiviteit alcohol drinkt, drink dan met mate.